
Het delicate
probleem van zindelijkheid : Bevuilde kledingstukken kunnen de
eerste tekenen zijn van verminderde controle over stoelgang en urine.
Aanvankelijk hebben de personen met dementie het daar zelf moeilijk mee want
zindelijkheid is immers belangrijk voor het zelfbeeld, daarom zullen ze vaak
hun bevuilde kleren wegmoffelen.
Maar … de problemen zullen stilaan groter worden. Ze vinden bijvoorbeeld het toilet niet meer en gebruiken dan maar andere plaatsen, zoals een papiermand, een grote bloempot, een kast... Of ze krijgen hun kleren niet tijdig los of uit. Of - nog later - ze zijn zich niet meer bewust van de aandrang. In het eerste geval wordt de omgeving bevuild en/of bevuilt de persoon met dementie bij herhaling zichzelf.
In eerste instantie werk je waarschijnlijk best aan een duidelijke ruimtelijke "infrastructuur". Je doet er goed aan de plaats van het toilet heel opvallend te markeren, zodat men er haast niet naast kan kijken. Je zorgt daar liefst voor heel helder licht, zodat men het toilet onmiddellijk ziet en ook beter overweg kan met de kleren. In het toilet kan je het wc-deksel verwijderen, een zwarte wc-bril op een witte wc, …
Vanzelfsprekend bouw je eveneens een stevige tijdsstructuur in, wat neerkomt op vaste uren voor toiletbezoek zoals 's morgens bij het opstaan, vervolgens na iedere maaltijd, en tenslotte bij het slapengaan.
Dan moet je nog proberen de tussentijdse behoeften bij wijze van spreken te ondervangen.
Ondanks al die voorzorgen zal het je waarschijnlijk nog meer dan eens verrassen. Je maakt dan vanzelfsprekend alles schoon, maar je doet het discreet, zonder al te veel commentaar en zeker zonder kijven. Je leidt integendeel de persoon met dementie af, zodat hij/zij niet met de neus op de vernederende feiten gedrukt wordt.
Wanneer de incontinentie meer regel dan uitzondering wordt, probeer je de situatie zo leefbaar mogelijk te houden. Er zijn praktische hulpmiddelen beschikbaar naargelang de noden: inlegmateriaal, luiers voor volwassenen, een matrasbeschermer, speciale toiletpapieren voor uitgebreide verschoning...
Maar …het is inderdaad best mogelijk dat de situatie thuis onleefbaar wordt.
Terug naar menu
Maar … de problemen zullen stilaan groter worden. Ze vinden bijvoorbeeld het toilet niet meer en gebruiken dan maar andere plaatsen, zoals een papiermand, een grote bloempot, een kast... Of ze krijgen hun kleren niet tijdig los of uit. Of - nog later - ze zijn zich niet meer bewust van de aandrang. In het eerste geval wordt de omgeving bevuild en/of bevuilt de persoon met dementie bij herhaling zichzelf.
In eerste instantie werk je waarschijnlijk best aan een duidelijke ruimtelijke "infrastructuur". Je doet er goed aan de plaats van het toilet heel opvallend te markeren, zodat men er haast niet naast kan kijken. Je zorgt daar liefst voor heel helder licht, zodat men het toilet onmiddellijk ziet en ook beter overweg kan met de kleren. In het toilet kan je het wc-deksel verwijderen, een zwarte wc-bril op een witte wc, …
Vanzelfsprekend bouw je eveneens een stevige tijdsstructuur in, wat neerkomt op vaste uren voor toiletbezoek zoals 's morgens bij het opstaan, vervolgens na iedere maaltijd, en tenslotte bij het slapengaan.
Dan moet je nog proberen de tussentijdse behoeften bij wijze van spreken te ondervangen.
Ondanks al die voorzorgen zal het je waarschijnlijk nog meer dan eens verrassen. Je maakt dan vanzelfsprekend alles schoon, maar je doet het discreet, zonder al te veel commentaar en zeker zonder kijven. Je leidt integendeel de persoon met dementie af, zodat hij/zij niet met de neus op de vernederende feiten gedrukt wordt.
Wanneer de incontinentie meer regel dan uitzondering wordt, probeer je de situatie zo leefbaar mogelijk te houden. Er zijn praktische hulpmiddelen beschikbaar naargelang de noden: inlegmateriaal, luiers voor volwassenen, een matrasbeschermer, speciale toiletpapieren voor uitgebreide verschoning...
Maar …het is inderdaad best mogelijk dat de situatie thuis onleefbaar wordt.
Terug naar menu